Bij Zappiebox geloven we dat elk kind een maker is. Onze missie is om kinderen van 5 tot 9 jaar uit te dagen, te inspireren en ze vooral veel plezier te laten beleven, zonder schermen, maar met hun handen. Maar hoe ontstaan onze boxen eigenlijk? Hoe zorgen we ervoor dat iedere Zappiebox niet alleen leerzaam, maar ook leuk, haalbaar én veilig is voor kinderen?
In deze blog nemen we je mee achter de schermen. Van eerste idee tot productie. Want ja, al onze boxen worden in eigen huis ontworpen en getest. Samen met ons vaste team van productdesigners: Sebastiaan en Job.
1. Het begint met ideeën opdoen
Elke box begint met een idee. Soms komt die voort uit iets wat we zelf vroeger leuk vonden om te bouwen, soms uit een wetenschaps- of techniekprincipe die we kinderen willen leren. Denk aan beweging, tandwielen, magnetisme of licht.
Aan het begin van elke maand organiseren we een brainstormsessie waarin we met z’n allen: Joep, Jimmy, Sebastiaan en Job, heel veel leuke ideeën bedenken. We stellen onszelf de vraag: wat is leuk én leerzaam? Maar ook: wat past bij de leeftijdsgroep, en is haalbaar qua uitvoering?
We leggen alles vast in een grote lijst met potentiële projecten. Sommigen verdwijnen al snel in de prullenbak, anderen zijn zó leuk dat we ze meenemen naar de volgende fase.

2. Van idee naar conceptontwerp
De ideeën die blijven hangen, worden uitgewerkt in een eerste concept. Job en Sebastiaan maken schetsen en ontwerpen onderdelen in 3D-software. Hierin denken we niet alleen na over de vorm, maar vooral ook over hoe het werkt.
We houden hierbij altijd rekening met:
- Educatieve waarde: wat leren kinderen hier écht van?
- Speelbaarheid: is het leuk om te doen?
- Motoriek: van jonge kinderen zijn de onderdelen makkelijk in elkaar te zetten
De onderdelen die we willen testen, printen we met onze 3D-printer of lasersnijden we. Soms bouwen we meerdere versies van hetzelfde ontwerp om verschillende benaderingen te testen.
3. Eerste prototypes: testen, passen, voelen
Tijd om te bouwen! De eerste prototypes maken we op onze eigen lasersnijder. Hiermee kunnen we snel onderdelen uitsnijden uit hout of karton. Dit is hét moment waarop we kunnen testen of alles past, stevig genoeg is en logisch aanvoelt.
We letten hierbij op:
- Werkt de constructie zoals bedoeld?
- Zijn er slimme verbindingen of moet het simpeler?
- Voelt het stevig aan in kinderhanden?
Het leuke aan deze fase? Het is echt heel tof als een project ineens tot leven komt.
4. Verbeteren en opnieuw testen
Na het eerste prototype gaan we terug naar de tekentafel. We maken aanpassingen op basis van onze bevindingen. Soms blijkt iets te moeilijk, of juist te makkelijk. Soms zien we dat onderdelen mooier of simpeler kunnen. En soms besluiten we het hele concept om te gooien.
Deze fase herhalen we vaak meerdere keren. Ons doel: een bouwervaring die uitdagend is, maar wél haalbaar voor een kind tussen de 5 en 9 jaar, zonder dat ze veel hulp van ouders nodig hebben.
5. Het maken van het instructieboekje
Zodra het prototype werkt, begint een minstens zo belangrijk onderdeel van het proces: het maken van het instructieboekje. Want bij Zappie vinden we dat kinderen zo zelfstandig mogelijk moeten kunnen bouwen. Dat vraagt om duidelijke, visuele uitleg.
Onze instructieboekjes worden ontworpen met een mix van beeld en tekst, waarbij beeld altijd leidend is. Elk project wordt stap voor stap getekend in onze eigen stijl, zodat ook jonge kinderen (die misschien nog niet goed kunnen lezen) zelfstandig aan de slag kunnen.
Daarnaast zorgen we dat elke stap visueel aansluit op de werkelijke onderdelen en dat het boekje meegroeit met de complexiteit van het project. Onze ervaring: een goede handleiding maakt het verschil tussen frustratie en trots.
Voordat een instructieboekje definitief is, leggen we het voor aan een groep testkinderen (en hun ouders). Hun feedback gebruiken we om tekst of visuals aan te scherpen. We blijven bijschaven tot alles glashelder is, ook als we daar tien versies voor nodig hebben.
6. Testen met kinderen (op school of BSO)
Zodra het prototype én het boekje staan, testen we de box met echte kinderen. Dat doen we op basisscholen of BSO’s waar we een testmiddag organiseren.
Hier letten we op:
- Snappen ze het zonder hulp?
- Waar lopen ze vast?
- Wat vinden ze het leukst?
- Is het eindresultaat stevig genoeg om mee te spelen?
We noteren alles tijdens het testproces (met toestemming natuurlijk) zodat we achteraf samen grondig kunnen overleggen wat goed ging en wat minder goed ging. Deze testfase is vaak ook de meest verrassende: kinderen gebruiken een ontwerp soms op een totaal andere manier dan we hadden bedacht.
7. Laatste finetuning & feedback van klanten
Na de testsessie verwerken we de laatste verbeterpunten. Soms veranderen we onderdelen, soms herschrijven we een instructiestap. Pas als alles klopt, sturen we de box naar een klein groepje klanten: een soort ‘pilotklanten’ die we selecteren op basis van ervaring met eerdere boxen.
Zij geven feedback over:
- De moeilijkheidsgraad
- Begrijpelijkheid van het boekje
- Beleving van hun kind
- Eventuele fouten of onduidelijkheden
Deze feedback nemen we serieus. Een Zappiebox gaat pas in productie als we van iedereen horen: "Ja, dit werkt."
8. Klaar voor productie
Is de box getest, verbeterd en goedgekeurd? Dan gaat hij in productie! We bestellen alle materialen, laten het boekje professioneel drukken en verpakken alles tot één complete Zappiebox. Vervolgens gaat hij mee in onze verzendronde van de maand.
En dan begint het leukste: foto’s van trotse kinderen die hun eigen microscoop, vliegtuigschieter of draaikunst gebouwd hebben. Daar doen we het voor.
Tot slot
Elke Zappiebox is het resultaat van maanden werk, veel liefde en eindeloos testen. We ontwerpen alles zelf omdat we geloven dat alleen zo het beste product ontstaat, één waar kinderen echt iets aan hebben.
Heb je nog vragen over hoe we werken? Of ideeën voor een volgende box? Laat het ons weten!